Korfbalpalen

Zie Bestuursbesluit RvW 3.07 KNKV voor korfbalpalen en korven.

Binnen de eerste 1.000 mm van de uitloop vanaf de buitenzijde van het speelveldzijn mogen geen logo’s, emblemen van bonden, clubs en vormen van reclame aangebracht worden.

Zie tekening D0076 Korfbalpaal

Zie tekening D0077 Korf

De korfbalpaal staat achter de vrijeworpcirkel aan de zijde van de achterlijn.

De achterzijde van een korfbalpaal, gezien vanaf de achterlijn, staat op 6.670 mm van de binnenzijde van een achterlijn.

Het midden van de korfbalpaal staat op 10.000 mm van beide lange zijden van het speelveld.

De korfbalpaal is van aluminium.

Het oppervlak van de paal is geanodiseerd tegen verwering van het materiaal.

De diameter van de korfbalpaal is ten minste 45 mm.

De diameter van de korfbalpaal is ten hoogste 80 mm.

De wanddikte van de korfbalpaal is 3 mm.

Het kopstuk van de korfbalpaal is inwendig versterkt voor bevestiging van de kunststof korf.

De korfbalpaal is vervaardigd uit één stuk voor voldoende stabiliteit.

De korfbalpalen en de grondpotten op een accommodatiepassen bij elkaar en vormen een set bij elkaar passende producten.

De korfbalpalen en de grondpotten worden geleverd door één leverancier.

Alle verbindingen zijn zo geconstrueerd dat zij één geheel vormen.

De korfbalpalen hebben geen scherpe uitsteeksels en geen scherpe randen.

Adapters en/of deelbare palen zijn niet toegestaan.

De positie van de korf vanaf de achterlijn en de hoogte van de bovenzijde van de korf vanaf de vloer, staan per teamcategorie in tabel L011 Positie en hoogte korfbalpaal (document nog niet beschikbaar)

De bovenzijde van de korf ligt gelijk met de bovenzijde van de paal.

Voor trainingsdoeleinden zijn ten minste 4 korfbalpalen met korf en grondplaten beschikbaar.

In de breedtesport en voor trainingen is het toegestaan om met korfbalpaal op een voetplaat te spelen.

Een voetplaat heef een diameter van 600 mm.

Een voetplaat heeft een dikte van ten hoogste 10 mm.

Het gewicht van de voetplaat is ten hoogste 23 kg.

Zie ook Arbobesluit artikel 5.2.

De voetplaat heeft geen scherpe delen of randen.

De breedtesport gebruikt korfbalpalen met grondpotten voor wedstrijden op het hoofdveld.

Er zijn karretjes voor het vervoer van korfbalpalen en voetplaten.

Op de plaats van de korfbalpalen in het strafworpgebied zijn grondpotten in de vloer aangebracht.

Een grondpot is zo diep dat omvallen of doorbuigen van de korfbalpaal te allen tijde wordt voorkomen.

Een grondpot steekt niet boven de sportvloer uit.

De grondpot heeft een conische ring voor het nagenoeg spelingsvrij opstellen van de korfbalpaal.

De grondpot heeft een rubberen afdichting om vuil te weren.

De grondpot heeft een deksel, waarmee de grondpot geheel kan worden afgesloten als deze niet wordt gebruikt.

Het deksel van de grondpot ligt volledig waterpas met de sportvloer.

Zie tekening D0077

De korf heeft de vorm van een cilinder met een opening aan de bovenzijde en de onderzijde.

De korf is ten minste 235 mm hoog.

De korf is ten hoogste 250 mm hoog.

De diameter van de bovenzijde van de korf aan de binnenzijde van de korf is ten minste 390 mm.

De diameter van de bovenzijde van de korf aan de binnenzijde van de korf is ten hoogste 410 mm.

De diameter van de onderzijde van de korf aan de binnenzijde van de korf is ten minste 400 mm.

De diameter van de onderzijde van de korf aan de binnenzijde van de korf is ten hoogste 420 mm.

De rand aan de bovenzijde van de korf heeft een dikte van ten minste 20 mm.

De rand aan de bovenzijde van de korf heeft een dikte van ten hoogste 30 mm.

De korfbalkorf is van kunststof.

De kunststof korf voldoet aan de IKF regulations.

De kunststof korf is voorzien van het “IKF approved” stempel en een markering als voorgeschreven door de IKF.

De kunststof korf is bevestigd aan een paal met de bovenrand overal op een hoogte conform tabel L011 Positie en hoogte korfbalpaal (document nog niet beschikbaar)

De kleur van de kunststof korf is geel, RAL 1023.

Op de kunststof korf mogen reclame uitingen worden aangebracht, zodanig dat het aanzicht van de korf onveranderd blijft (geometrische eigenschappen) en de dikte van de korf niet meer dan 5 mm toeneemt.

Zie Bestuursbesluit 6.03 KNKV.