Zaalhandbal speelveldinrichting

Het doel is stevig verankerd aan de vloer of aan de achterzijde aan de muur.

Het doel bestaat aan de voorzijde uit twee verticale doelpalen en een doellat.

Aan de achterzijde van het doel bevindt zich een frame.

Alle elementen van de constructie zijn stevig met elkaar verbonden en vormen één constructief geheel.

Zie tekening D0089 Doel Handbal

Het doel staat in het midden van de achterlijn, gemeten vanaf de zijlijnen.

De doelpalen staan volledig op doellijn.

De voorzijde van de doelpalen staat buiten het doel 30 mm voor de achterlijn.

De vorm van de doelpalen en de doellat is rechthoekig.

De doelpalen staan 3.000 mm uit elkaar, gemeten vanaf de binnenzijde van de doelpalen.

De hoogte van de doelpalen is 2.000 mm.

De hoogte van de horizontale doellat is 2.000 mm vanaf de grond, tot aan de onderzijde van de doellat.

De doelpalen en de doellat zijn 80 mm breed.

De doelpalen en de doellat zijn 80 mm diep.

De doelpalen mogen niet boven de lat uitsteken.

De doellat mag niet buiten de doelpalen uitsteken.

De doelpalen en doellatten zijn gemaakt van uniform materiaal bijvoorbeeld hout, licht metaal of synthetisch materiaal.

De doelpalen en de doellat zijn rondom gekleurd met twee banden.

De banden op doelpalen en doellat contrasteren met elkaar en met de achtergrond.

De bandenop doelpalen en doellatten zijn 200 mm lang.

De doelpalen en de doellat hebben gebogen hoeken van 4 mm.

De tolerantie van de gebogen hoeken is 1 mm.

De gekleurde banden in de hoek tussen de palen en de doellat zijn 280 mm lang in elke richting, vanuit de hoek.

Het frame van het doel bestaat uit de ophanging voor het doelnet en uit een versteviging aan de achterzijde.

Het doelnet is aan de achterzijde aan de doelpalen, de doellat en het frame bevestigd.

De diepte van het doelnet achter de doellat is 800 mm.

De ruimte tussen doelpalen, de doellat en het net is ten hoogste 150 mm.

De bal kan niet tussen de doelpalen, de doellat en het doelnet door.

Er hangt een extra “smoor” net voor het doelnet in het doel.

De afstand tussen het smoornet en het doelnet is ten minste 100 mm.

De afstand tussen het smoornet en het doelnet is ten hoogste 200 mm.

Er hangt een extra “smoor” net voor het doelnet in het doel.

De mazen van het doelnet zijn ten hoogste 100 mm.

Er hangt een ballenvanger achter het doel.

De ballenvanger hangt op 1.500 mm achter de achterlijn.

De ballenvanger is 5.000 mm hoog vanaf de vloer.

De ballenvanger is ten minste 9.000 mm breed.

De ballenvanger is ten minste 14.000 mm breed.

In de zone voor de wisselbanken staan 2 wisselbanken.

De wisselbanken staan evenwijdig aan de zijlijn.

De wisselbanken staan op ten minste 3.500 mm van het midden van de middellijn.

Zie onderstaande tekening voor overzicht van wissellijnen en wisselzone.

In de zone voor de wedstrijdleiding staat een tafel voor de wedstrijdsecretaris en de tijdwaarnemer.

De tafel voor de wedstrijdsecretaris en de tijdwaarnemer staat evenwijdig aan de zijlijn.

Het midden van detafel voor de wedstrijdsecretaris en de tijdwaarnemer staat ter hoogte van de middellijn.

Detafel voor de wedstrijdsecretaris en de tijdwaarnemer is zo geplaatst dat de tijdwaarnemer de wissellijn kan zien.

De tafel voor de wedstrijdsecretaris en de tijdwaarnemer voor topsport, vanaf de 1e divisie en hoger, is ten hoogste 4.000 mm lang.

Er staan ten minste 2 stoelen achter de tafel voor de wedstrijdsecretaris en de tijdwaarnemer.

De tafel voor de wedstrijdsecretaris en de tijdwaarnemer heeft een aansluiting voor de bediening van het scorebord.

Scoreborden zijn goed zichtbaar voor de wedstrijdleiding, de spelers en het publiek.

Een scoreboard beschikt minimaal over de functionaliteiten score, speeltijd (op- en aftelfunctie) en een geluidsignaal.

De speeltijd op het scoreboard is per seconde instelbaar.