Rugby speelveld

Zie C0058 Situering veldsporten.

Het speelveld is een rechthoek.

Het aantal velden dat een vereniging nodig heeft, wordt bepaald met een planningsnorm.

Zie Planningsnorm.

Het aantal velden en aantal kleed- wasruimten wordt bepaald met een rekenmodule van Rugby Nederland.

Zie L044 Rekenmodule Rugby Nederland.

De speelruimte bestaat uit een randgebied en een speelgebied.

Het speelgebied bestaat uit het speelveld en het doelgebied.

Voor het doelgebied ligt in het speelveld het 22-metergebied.

Zie tekening D0143 Indeling speelruimte rugby.

Het speelveld tussen de doellijnen is ten minste 94 meter lang.

Het speelveld tussen de doellijnen is ten hoogste 100 meter lang.

Het speelveld is ten minste 68 meter breed.

Het speelveld is ten hoogste 70 meter breed.

Het doelgebied is ten minste 6 meter breed

Het doelgebied is ten hoogste 22 meter breed.

Het speelveld tussen de doellijnen is ten minste 94 meter lang.

Het speelveld tussen de doellijnen is ten hoogste 100 meter lang.

Het speelveld is ten minste 65 meter breed.

Het speelveld is ten hoogste 70 meter breed.

Het doelgebied is ten minste 5 meter breed

Het doelgebied is ten hoogste 22 meter breed.

De afmetingen van het speelveld zijn exclusief de belijning.

Als het speelveld minder dan 100 meter lang is, wordt de afstand tussen de 10-meterlijn en de 22-meterlijn naar verhouding aangepast.

Als het speelveld minder dan 70 meter breed is, wordt de afstand tussen de 15-meterlijnen naar verhouding aangepast.

Zie tekening D0142 Speelruimte rugby.

De technische zone bevindt zich in het randgebied aan 1 zijde van het veld.

De technische zone begint op 2.000 mm van de zijlijn.

De technische zone ligt parallel aan de zijlijn.

De technische zone ligt aan beide zijden tussen de middellijn en de 22-meterlijn.

De technische zone aan beide zijden van de middellijn is 20.000 mm lang.

De technische zone is 3.000 mm breed.

Zie, voor indeling van de technische zone voor fifteens, tekening D0139 Fifteens technische zone.

Zie, voor indeling van de technische zone voor sevens, tekening D0140 Sevens technische zone.

Zie C0059 Vrije hoogte veldsporten

Het speelveld is gemarkeerd met duidelijke lijnen.

De belijning van het speelveld bestaat niet uit gleuven.

De belijning van het speelveld is wit.

De belijning is ten minste 50 mm breed.

Zie tekening D0142 Speelruimte rugby.

Als belijningsmateriaal voor natuurgras worden gebruik: (gebluste) kalk, krijt, mergel of een speciale belijningsverf.

Als belijningsmateriaal voor kunstgras wordt een speciale belijningsverf gebruikt.

Zie C0080 Eigenschappen belijningsmateriaal en hulpmiddelen.

De deadball lines zijn de achterlijnen van het speelveld.

De achterlijnen zijn ten minste 68,1 meter breed.

De achterlijnen zijn ten hoogste 70,1 meter breed.

De achterlijnen staan haaks op de zijlijnen.

De doellijnen (try lines) liggen ten minste 6 meter vanaf de achterlijn.

De doellijnen liggen ten hoogste 22 meter van de achterlijn

De doellijnen liggen parallel aan de achterlijn.

De in-touch doellijnen zijn de zijlijnen van het speelveld tussen de achterlijnen en de doellijnen. (V)

De in-touch doellijnen zijn ten minste 6 meter lang. (V)

De in-touch doellijnen zijn ten hoogste 22 meter lang. (V)

De in-touch doellijnen staan haaks op de achterlijnen. (V)

De 22-meterlijnen liggen 22 meter van de doellijnen.

De 22-meterlijnen liggen parallel aan de doellijnen.

De middellijn ligt in het midden van het speelveld.

De middellijn ligt parallel aan de 22-meterlijn.

In het midden van de middellijn ligt de middenstip.

De middenstip heeft een straal van 500 mm.

Er zijn 8 onderbroken lijnen op het veld.

Elke deel van een onderbroken lijn is 5.000 mm lang.

Er liggen 4 onderbroken lijnen paralellel aan de middellijn.

Er ligt een onderbroken lijn op 5.000 mm van beide doellijnen.

Er ligt een onderbroken lijn op 10.000 mm aan weerszijden van de middellijn.

De lijnen op 10.000 mm aan weerszijden van de middellijn zijn de 10-meter-lijnen.

De eerste delen van de breedtelijnen beginnen op 2.500 mm van de zijlijn.

De tweede delen van de breedtelijnen beginnen op 12.500 mm van de zijlijn.

De derde delen van de breedtelijnen die op 5.000 mm van de doellijn liggen, beginnen op 2.500 mm gemeten vanuit het midden van de breedte van het veld.

De middelste delen van de 10-meter-lijnen bestaan uit 2 of 3 lijnen, gelijkmatig verdeeld over dat deel van de breedtelijn.

Er liggen 4 onderbroken lijnen paralellel aan de zijlijnen.

Er ligt een onderbroken lijn op 5.000 mm van beide zijlijnen.

Er ligt een onderbroken lijn op 15.000 mm van beide zijlijnen.

De onderbroken lijnen in de lengterichting kruisen de 22-meter-lijn, de 10-meter-lijn en de middellijn.

De eerste delen van de onderbroken lijnen in de lengterichting staan haaks op de onderbroken breedtelijn die op 5.000 mm van de doellijn ligt, in de richting van de middellijn.

De obstakelvrije uitloop heet randgebied.

De obstakelvrije uitloop rondom het veld is ten minste 5.000 mm.

De obstakelvrije uitloop rondom het veld is ten minste 3.000 mm bij dameswedstrijden.

De obstakelvrije uitloop rondom het veld is ten minste 3.500 mm bij herenwedstrijden.

De ruimte tussen velden is ten minste 10.000 mm.

Zie normbladen NOC*NSF:

Zie normbladen NOC*NSF: