Rondbaan

De baan heeft 2 rechte einden van exact dezelfde lengte.

De baan heeft 2 bochten met exact dezelfde vorm.

De baan heeft 2 bochten met exact dezelfde lengte.

Zie voor vorm, indeling en afmetingen C0019 Atletiekbaan.

De rondbaan heeft ten minste 4 banen.

De rondbaan heeft 6 tot 8 banen.

De rondbaan heeft ten hoogste 9 banen

De lengte van de rondbaan is 400 meter.

De toegestane tolerantie van de lengte van de rondbaan is ten hoogste + 40 mm.

De lengte van de baan wordt gemeten op 300 mm vanaf de opstaande rand aan de binnenzijde van de baan, of vanaf 200 mm vanaf de witte lijn aan de binnenzijde van de baan.

Zie tekening D0166 Meetrichtlijnen rondbaan atletiek.

De helling in de breedterichting van de buitenzijde van de baan tot de binnenrand is ten hoogste 1% van de breedte van de baan van de buitenzijde van de baan tot de binnenrand.

De totale neerwaartse helling in de looprichting van baan is ten hoogste 0,1% tussen elke start- en finishlijn.

De straal van een bocht is ten minste 35.000 mm. De straal van een bocht is ten hoogste 38.000 mm.

De straal van een bocht is ten minste 35.000 mm. De straal van een bocht is ten hoogste 42.000 mm.

De kleinste straal van een overgangsboog is ten minste 30.000 mm

De straal van een bocht is 36.500 mm.

Beide bochten zijn perfecte halve cirkels.

De lengte van de rechte einden is afhankelijk van de lengte van de bochten.

Aan de binnenzijde van de baan is een opstaande rand aangebracht.

Aan de binnenzijde van de baan op de rechte einden is een lijn aangebracht, indien de opstaande rand ontbreekt.

De hoogte van de opstaande rand is ten minste 50 mm.

De hoogte van de opstaande rand is ten hoogste 65 mm.

De breedte van de opstaande rand is ten minste 50 mm.

De breedte van de opstaande rand is ten hoogste 250 mm.

De lijn die een ontbrekende opstaande rand markeert, is 50 mm breed.

De kleur van de opstaande rand is wit.

De kleur van de lijn die een ontbrekende opstaande rand markeert, is wit.

Een loopbaan is 1.220 mm breed.

De tolerantie van de breedte van een baan is ten hoogste + 10 mm.

De belijning is doorlopend.

De belijning aan de rechterzijde van een baan is onderdeel van die baan.

De breedte van de belijning is 50 mm.

De kleur van de belijning is wit.

De banen zijn oplopend genummerd van binnen naar buiten.

De binnenbaan krijgt nummer 1.

De nummering is duidelijk leesbaar en zichtbaar voor de atleten, de wedstrijdleiding en het publiek.

De obstakelvrije uitloop aan de binnenzijde van de baan, voorbij de opsluiting aan de baanzijde van de baan, is ten minste 1.000 mm.

De obstakelvrije uitloop aan de binnenzijde van de baan, voorbij de opsluiting aan de baanzijde van de baan, is ten minste 2.000 mm.

De obstakelvrije uitloop aan de buitenzijde van de baan is ten minste 1.000 mm.

De start voor looponderdelen die in afzonderlijke banen worden gestart, is aangegeven met een lijn die haaks op de looprichting staat.

De start voor looponderdelen die niet in afzonderlijke banen worden afgelegd, is een boog.

De boog voor de start voor looponderdelen die niet volledig in afzonderlijke banen worden afgelegd, is zo aangebracht dat alle atleten dezelfde afstand lopen.

De breedte van startlijnen is 50 mm.

De breedte van startlijnen estafette vrouwen U16 en mannen U14 is 30 mm.

De kleur van de startlijn is afhankelijk van de afstand.

Zie voor startlijnen en kleur startlijnen C0293 Markeringen atletiekbaan.

De finish is aangegeven met een lijn die haaks op de looprichting staat.

De plaats van de finishlijn is, in de looprichting gezien, op de overgang van het rechte einde naar de bocht

De kleur van de finishlijn is wit.

Voor de verschillende disciplines die de rondbaan gebruiken, zijn merktekens aangebracht in verschillende kleuren.

De vorm, eigenschappen en kleur van de merktekens zijn afhankelijk van de discipline.

Zie C0293 Markeringen atletiekbaan.