KNAU2-15

In de laatste wijziging van 9 mei 2025 is het volgende aangepast:

• Scope en handleiding zijn toegevoegd.
• Schokabsorptie is per 1 januari 2026 aangepast

Dit voorschrift betreft het sporttechnische voorschrift. Dit voorschrift is van toepassing bij certificering van atletiek accommodaties.

In de baan komen geen open naden voor.

De toplaag is volledig dragend op de onderbouw aangebracht.

Voor certificering van een kunststof atletiekbaan dient het sportproduct op de sportproductenlijst te zijn vermeld.

Te certificeren kunststof atletiekbanen dienen te voldoen aan de volgende scope van kunststof atletiekbanen. Wanneer een atletiekbaan niet voldoet aan deze scope wordt deze niet toegelaten tot de sportproductenlijst en kan geen certificaat worden verkregen op basis waarvan competitiegebruik is toegestaan door de Atletiekunie.

Spray coat: Een waterdoorlatende gebonden rubbergranulaat basismat, met een minimale dikte van 10 mm, afgewerkt met een getextureerde coating met een minimale dikte van 3 mm. Het complete systeem is waterdoorlatend.

Sandwich: Sandwich: Een waterdoorlatende gebonden rubbergranulaat basismat, met een minimale dikte van 9 mm, afgewerkt met een volkunststof schraplaag en voorzien van een waterondoorlatende gebonden volkunststof toplaag, met een minimale dikte van 4 mm, ingestrooid met granulaat.

Sandwich, 2-layer: Een waterdoorlatende gebonden rubbergranulaat basismat, met een minimale dikte van 8 mm, voorzien van een waterdoorlatende gebonden rubbergranulaat toplaag, met een minimale dikte van 8 mm.

Full Polyurethane: Een waterondoorlatende vloeibare twee componenten polyurethaan ingestrooid met met rubber granulaat. De bovenste laag polyurethaan wordt ingestrooid met EPDM granulaat. De totale laagdikte is minimaal 13 mm.

Prefababricated: Een prefab waterondoorlatende gebonden volkunststof mat welke met een trekvaste verbinding wordt aangelegd op de fundering met een minimale dikte van 15 mm

Gehele accommodatie: 35 - 60 % Vanaf 1 januari 2026 is deze eis: 35 - 50 %

Tolerantie schokabsorptie t.o.v. gemiddelde waarde: +/- 5 % absoluut

Streefwaarde > 50 %

Gehele accommodatie: ≤ 3 mm

Gehele accommodatie: 55 - 110 Nm

Sprintbaan: de helling in de breedterichting van de sprintbaan mag niet meer dan 1:100 zijn. De totale (neerwaartse) helling van de sprintbaan mag in de looprichting niet meer dan 1:1000 aflopend zijn.

Rondbaan: de helling in de breedterichting van de rondbaan mag niet meer dan 1:100 zijn. De helling van de rondbaan mag in de looprichting niet meer dan 1:1000 zijn.

De maximale neerwaartse helling van de aanloop en het afzetgebied mag over de laatste 15 meter niet meer zijn dan 1:167 langs iedere straal van de halve cirkel, waarvan het middelpunt ligt midden tussen de staanders. De landingsmat moet zo worden geplaatst dat in oplopende richting van de helling wordt aangelopen.

De zijdelingse helling van de aanloop mag niet meer dan 1:100 en de totale neerwaartse helling in de looprichting mag over de laatste 40.000 mm van de aanloop niet meer dan 1:1 000 zijn.

De zijdelingse helling van de aanloop mag niet meer zijn dan 1:100 en de totale neerwaartse helling van de laatste 20.000 mm van de aanloop mag in de looprichting niet meer dan 1:1 000 zijn.

Oneffenheden bedragen maximaal 5 mm.

Als er binnen een straal van 3.000 mm meer dan drie oneffenheden zijn, dan mogen alle oneffenheden binnen deze 3.000 mm niet groter zijn dan 3 mm.

De handleiding met procedures van metingen en meetmethoden heeft betrekking op kunststof atletiekbanen voor toepassing buiten.