17 februari 2025

Kwaliteitszorgsysteem krijgt nieuwe financiële grondslag met certificaatkosten

Het zelfregulerend privaat Kwaliteitszorgsysteem is in Nederland het belangrijkste instrument om de sportkwaliteit en -veiligheid van sportvloeren en -accommodaties te borgen.

In dit systeem hebben markt, overheid en sport bindende afspraken gemaakt om te zorgen voor goede, veilige en duurzame sportinfrastructuur in ons land. Het systeem moet financieel zelfstandig kunnen functioneren en daarom is er een wijziging in de financiële grondslag aangebracht die op 1 april 2025 van kracht wordt. De certificaat-fee, enigszins vergelijkbaar met legeskosten bij vergunningaanvraag, wordt voortaan leidend.

Nieuwe financiële grondslag

Het Kwaliteitszorgsysteem (hierna: KZS) werkte met betaalde accounts. Inkomsten zijn nodig om het beheer en de uitvoering van het KZS en het bijbehorende kennisplatform, certificering, onderzoek en innovatie, audits van keuringsinstanties, kennisdeling, ondersteuning en training te kunnen financieren en dat ook in de toekomst te blijven doen. In dit abonnement-model staat alle belangrijke informatie over voorwaarden en eisen aan sportaccommodaties achter een login, die hoort bij het account. Deze financieringsvorm en vooral de consequentie van relevante en benodigde informatie achter een login, kreeg kritiek en is na evaluatie niet voldoende toereikend en ook niet transparant genoeg gebleken. NOC*NSF heeft daarom na afstemming met gemeenten en sportbonden besloten om met ingang van 1 april 2025 het principe ‘de gebruiker betaalt’ als grondslag van de financiering van het systeem toe te passen.

Inkomstenbronnen

1. Certificaat-fee

Deze kosten zijn enigszins vergelijkbaar met de éénmalige legeskosten die je betaalt voor het aanvragen van een vergunning via een gemeente. De opdrachtgever/eigenaar betaalt, vanaf 1 april 2025 certificaat fee via de keuringsinstituten, zie onderstaande tabel van certificaat fee per sport welke doorbelast door NOC*NSF. Wanneer een eigenaar of opdrachtgever in het bezit is van een account (zie 2) verloopt automatisch het accountvoordeel voor certificaatkosten op de laatste datum van afloop van het account-abonnement. Dit betekent dat lopende het jaar 2025 alle lopende abonnementen vervallen.

2. Account-fee

Een account-fee geeft vanaf 1 april 2025 géén vrijstelling van certificaat-fee. Eigenaren of opdrachtgevers betalen vanaf bovenstaande datum ook certificaat-fee per project. Account-fee wordt in deze nieuwe situatie minimaal 60% goedkoper dat het was (zie tabel onderaan). Een account geeft in deze situatie toegang tot het gepersonaliseerde herziene accommodatiepaspoort en de kennisbank, wat extra voordelen voor accounthouders biedt. Het accommodatiepaspoort kan vanaf 1 april 2025 bijvoorbeeld de status van keuringen van projecten weergeven en geeft iedere eigenaar een eigen accommodatieoverzicht. Omdat alle informatie over voorwaarden en eisen openbaar beschikbaar komt, dalen de kosten voor een account-fee in het nieuwe model. Accounthouders met een abonnement tot en met december 2025 kunnen aan het eind van 2025 bovendien hun certifcaatkosten terugvragen, op basis van afspraken uit 2024.

3. Licentie-fee

Producenten van sportproducten zijn al bekend met betaling van een licentie-fee per sportproduct per jaar. Het aantal sportproducten op de lijst daalt door een herschikking van sportproducten voor tennis en padel. Voor atletiek, honk- en softbal, handbal en binnensport zullen in de toekomst soortgelijke stappen volgen. Hierdoor daalt het aantal licentie-fees. De prijs per licentie is verhoogd om de totale inkomsten op peil te houden.

4. Instituten-fee

Instituten zijn de onmisbare schakel binnen het systeem van certificering van sportaccommodaties. Zij verzorgen de keuringen. Instituten betalen in de oude situatie een vaste account-fee voor gebruik van het platform. Om de kosten per instituut eerlijker te verdelen, in het nieuwe model wordt per project een fee per instituut geïnd.

5. Sportbonden-fee

Sportbonden betalen vanuit de algemene middelen van NOC*NSF een bijdrage aan goede, veilige en duurzame sportinfrastructuur. Hiermee draagt ook de sport haar steentje bij aan het systeem. Naast deze bijdrage besteden alle certificerende sportbonden tijd en aandacht aan het beoordelen en certificeren van projecten en dragen zo in kind bij aan het model.

Werkwijze van het KZS

De wijze waarop voorschriften, richtlijnen en meetmethoden tot stand komen, staat beschreven in procedures op het centrale platform sportinfrastructuur.nl (onderdeel van en in beheer bij NOC*NSF). Per sport zijn handleidingen opgesteld waarin staat beschreven hoe en wat er gemeten wordt om de sportkwaliteit en sportveiligheid te kunnen vaststellen. Bij goedkeuring ontvangt de opdrachtgever een certificaat waardoor de velden en banen voor wedstrijdgebruik geschikt zijn. Daarnaast draagt dit certificaat bij aan de algemene zorgplicht van eigenaren van sportaccommodaties voor veilige sportomstandigheden op basis van algemeen geaccepteerde voorschriften.

Integrale kosten kwaliteitsbeheer en controle bij vervanging of nieuwaanleg

De certificaat-fee, instituten-fee (beheer KZS) en separate keuringskosten per project (keuringsinstanties) dienen te worden beschouwd als integraal onderdeel van de totale kosten voor renovatie of nieuwaanleg van velden en banen. Deze kosten zijn onderdeel van het proactief werken aan en waarborgen van de aanleg- en sportkwaliteit en het structureel op basis van algemeen geaccepteerde voorschriften zorgdragen voor goede en veilige sportomstandigheden en het minimaliseren van de risico’s voor eigenaren via het KZS. De instituten zullen vanaf 1 maart 2025 in offertes de certificaat fee meenemen. Let op dat bij offertes van voor 1 maart 2025 door de instituten nog geen rekening gehouden is met het innen van de certificaat-fee. In die gevallen zal NOC*NSF zelfstandig de opdrachtgevers van deze velden/banen benaderen voor betaling van de certificaat fee conform eerdere communicatie hierover.

Vragen

Voor vragen over het Kwaliteitszorgsysteem en de certificaat fee kun je terecht bij de helpdesk van Sportinfrastructuur via info@sportinfrastructuur.nl

Overzicht kosten

Certificaat-fees (per veld/baan) exclusief BTW

Binnensport (1 discipline): € 500,00

Binnensport (max. 2 disciplines): € 1.000,00

Binnensport (meer dan 2 disciplines): € 2.500,00

Voetbal: € 1.750,00

Atletiek: € 1.750,00

Honk- en Softbal: € 1.750,00

Rugby: € 1.750,00

Hockey: € 1.350,00

Korfbal: € 550,00

Zelfstandig jeugdveld (voetbal, hockey, korfbal): € 250,00

Tennis: € 100,00*

Padel: € 100,00*

Cricket: € 100,00

Binnensport hercertificeren (1 discipline): € 100,00

Binnensport hercertificeren (max. 2 disciplines): € 250,00

Binnensport hercertificeren (meer dan 2 disciplines): € 500,00

Voetbal hercertificeren: € 500,00

Atletiek hercertificeren: € 500,00

Honk- en softbal hercertificeren: € 500,00

Hockey hercertificeren: € 350,00

Certificaat-fee korfbal hercertificeren: € 250,00

Account-fee exclusief BTW

Maximaal 2 accounts: € 1.000,00

3 of meer accounts: € 2.000,00

Licentie-fee exclusief BTW

Producent vermelding: € 350,00

Aannemer/leverancier vermelding: € 100,00

Instituten-fee exclusief BTW

Per accommodatie: € 50,00

* KNLTB betaalt per tennis- en/of padelbaan € 25,00 van de € 100,00 voor aangesloten leden voor 2025